Er is een stichting in Paramaribo, genaamd Claudia A., die zich ontfermd over kinderen die geboren zijn met het HIV virus of hun ouders hebben verloren aan AIDS. Erg mooi en nobel. Nu heb ik meerdere malen iets moeten schrijven over deze stichting, voornamelijk als er weer iets werd geschonken aan ze. Ook ben ik er een keer geweest om er een kort TV-verslag van te maken.
De eerste keer werd er uitdrukkelijk gevraagd of ze bij het filmen niet in beeld konden worden gebracht. Ik wist nog niet waarom en vroeg naar de reden. Mijn cameraman fluisterde mij toe: "Ssst, ik zeg het straks wel tegen je." Toen we ruim buiten gehoorafstand waren van wie dan ook op het terrein fluisterde hij: "Ze zijn uuhm..je weet toch.. ze zijn ..." en hij maakte bewegingen met zijn handen. "Sexueel misbruikt?", vroeg ik. "Zoiets", was zijn antwoord. Uren later zei hij pas dat ze HIV hadden. En het woord fluisterde hij. Het deed me denken aan die periode in Nederland dat niemand het woord kanker uitsprak maar het had over 'K'.
Nu kreeg ik onlangs weer foto's binnen van een goede daad. Met Vaderdag werden deze kinderen getrakteerd op een leuke middag uit. En op een sportieve vader voor een dag! Het was georganiseerd door een restauranthouder(Jurgen Boodie van Restaurant Jiji's) en een jongerenorganisatie. Ze werden bijgestaan door een team zaalvoetballers dat kampioen was geworden. Via een andere weg kreeg ik het materiaal binnen en wederom werd er gevraagd of ik een foto kon kiezen waar de kinderen niet herkenbaar op stonden. Natuurlijk heb ik daar gehoor aan gegeven omdat je respect moet hebben voor de wensen van een ander.
Maar ik heb er wel vraagtekens bij die ik graag met jullie wil delen. Het gaf mij namelijk het gevoel dat deze kinderen als een soort taboe worden beschouwd, nou beter gezegd, hun ziekte. Maar daar kunnen zij niks aan doen. En ze worden opgevoed met het beeld of idee dat ze een verschrikkelijk geheim hebben. En het is net alsof ze worden verstopt, dat ze niet mogen worden gezien omdat ze die ziekte hebben. Maar het is niet aan ze te zien. En tegenwoordig zijn er genoeg manieren om de ziekte onder controle te houden. Ze zouden zich dus kunnen ontwikkelen tot volwassenen die een normale bijdrage kunnen leveren aan de maatschappij.
Ik moest er ook aan denken dat het net was alsof deze kinderen werden gestraft voor een fout van hun ouders. Samen met een collega besprak ik het. "Ik zou het ook niet zeggen als ik die ziekte had", zei ze. "Mensen zouden anders doen tegen me. En ik denk dat andere kinderen ook gemeen zouden doen", ging ze verder. Ik snap wel dat vanuit die gedachte die kinderen 'beschermd' moeten worden. Maar wat gebeurd er met het zelfbeeld van deze kinderen?
Is er dan wel genoeg aandacht besteed aan informatie verstrekken over die ziekte zodat het beeld dat de gemeenschap erover heeft veranderd kan worden? Er zijn volgens mij nog steeds mensen hier die denken dat je het niet kan krijgen als je weet ik veel wat doet. Die denken dat het een ziekte van alleen homo's of hoeren is.
Laatst zat ik in een taxi en de chauffeur wees naar buiten en zei:"Zie je die vrouw daar? Ze heeft AIDS." "Okay", zei ik. Hij ging verder met zijn verhaal. Ik kon eruit opmaken dat hij haar wel stoer vond. "Ja, ze zegt het gewoon en probeert en ze geeft voorlichting." Even dacht ik dat hij haar bewonderde maar hij eindigde zijn relaas dat ze eigenlijk toch wel een motjo was. Beetje jammer vond ik dat.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten